Invloedsfeer van de leider

Trescee filosofie

medewerkers maken bedrijven. Om tot volledige potentie te komen, moet een bedrijf zich bewust zijn van de rol die het speelt in de grotere wereld om haar heen. Dezelfde wereld waarin haar medewerkers en klanten ook leven.

In deze wereld zijn winst en 'shareholder value' van belang omdat dit een belangrijke motor is binnen onze financiëel-economische structuren. Het is echter niet het enige dat telt.

Sociale omgang en geborgenheid; respect en waardering voor elkaar en voor onze leefomgeving; en zelfontplooiing en zingeving zijn cruciale elementen in ons bestaan.
Hoe meer een bedrijf aansluit bij deze menselijke behoeften, hoe groter de betrokkenheid van de mensen bij de organisatie. En betrokkenheid leidt tot resultaat.

Trescee heeft daarom 5 behoefte-niveaus van ondernemingen geformuleerd. Uitgangspunt in onze benadering is dat de hogerliggende behoeften pas ingevuld kunnen worden als aan de lagere in ruime mate voldaan is.

Behoefte 1: Prestatie

De onderneming moet voldoende inkomen en winst uit haar primaire proces halen: het product of dienst moet aan actuele marktvraag voldoen en op efficiënte manier geproduceerd en geleverd worden.

Zonder resultaat kan een onderneming niet lang bestaan en als het voortbestaan van een onderneming onder druk staat, zal de eerste en enige zorg zijn te zorgen dat dit veilig gesteld wordt.

Behoefte 2: Strategie

De onderneming moet een strategie ontwikkelen die erop gericht is dat aan de toekomstige marktvraag voldaan kan worden. Zodat er continuïteit in het resultaat is.

De veiligheid die uitgaat van het vertrouwen in de toekomst legt de basis voor de volgende ontwikkelingsstap.

Behoefte 3: Persoonlijke betrokkenheid: Inclusiviteit

Feedback op prestaties, autonomie, ontplooiingsmogelijkheden en sociale steun zijn de belangrijkste voorwaarden voor bevlogenheid. Dit vraagt van de ondernemer oprechte betrokkenheid bij de medewerkers die verder gaat dan goede zorg voor het personeel als 'productiemiddel'.

Bevlogen mensen zijn vitaal, toegewijd en gaan helemaal op in de dingen die ze doen. Méér energie en méér toewijding vertalen zich binnen een onderneming rechtstreeks in creativiteit, meer ideeën, nieuwe mogelijkheden en hogere productiviteit.

Behoefte 4: Maatschappelijke verantwoordelijkheid: Verbondenheid

Een onderneming maakt gebruik van wat voorhanden is in deze wereld. Betrokkenheid bij onze wereld en de generaties na ons, stelt voorwaarden aan dit gebruik. Gebruik zonder schade te doen, maatschappelijk verantwoord ondernemen, maakt dat we als goed rentmeester in die grotere wereld kunnen blijven leven en bewegen.

Een onderneming met een oprechte zorg voor haar invloed op omgeving en milieu kan rekenen op respect en waardering van haar omgeving, haar klanten en haar leveranciers. Dit draagt ook bij aan de waardering en het zelfrespect van haar medewerkers.
We dragen gezamelijk de verantwoordelijkheid voor de wereld van onze kinderen en kleinkinderen.

Behoefte 5: Zingeving: Vitaliteit

Bedrijven hebben ook iets van nog grotere waarde toe te voegen. Zingeving. In een ‘vluchtige’ maatschappij met veel vrijheden, werken principes als gezamenlijke verantwoordelijkheid, een zinvolle bijdrage leveren en een positieve nalatenschap, sterk verbindend en motiverend.

Met vergrijzing en ontgroening waarmee we in de maatschappij te maken hebben, verschuift het behoeftepatroon van onze medewerkers. De ouder wordende medewerker die zijn of haar eigen zingeving kan verbinden met de onderneming blijft een betrokken en gemotiveerde medewerker.

Met de onderneming als vitaliserende organisatie is de potentie van een onderneming tot volledige ontwikkeling te brengen.